Zwangere
zzp'ers hebben jarenlang onterecht belasting betaald. Die belasting werd
geheven over het inkomen dat de verzekeraars uitbetalen tijdens hun zwangerschapsverlof.
Volgens de koepel van belastingkantoren moet dat inkomen onbelast blijven.
"Het
gaat om het deel wat men ontvangt als men zwanger is, dat is een
zwangerschapsuitkering en die loopt meestal over een periode van 16 weken in de
zwangerschapsperiode", legt Martien Hermans, voorzitter van
belastingadviseursvereniging NOAB uit.
Dat
betekent dus dat de vrouwelijke zzp'ers tijdens hun zwangerschap onterecht
belasting hebben betaald. En dat mag volgens de wet helemaal niet, zegt Hermans,
voorzitter van NOAB.
"Want zwangerschap is geen ziekte. En is dus in die zin geen
arbeidsongeschiktheidsuitkering in het kader van ziekte."
Belastingdienst
En
de fiscus denkt daar eigenlijk precies zo over, zegt Hermans. "Er was voor
ons geen onderscheid tussen ziekte en arbeidsongeschiktheid vanwege
zwangerschap. Daar blijkt toch enige nuance in te zitten. En vandaar dat we het
ook voorgelegd hebben aan de fiscus. Er is een kennisgroep binnen de
Belastingdienst en die heeft zich op het standpunt gesteld dat er geen
grondslag is voor heffing van inkomstenbelasting over
zwangerschapsuitkeringen."
Hoeveel
geld de zwangere zzp'er daarmee misloopt hangt af van het verzekerde
bedrag. Hermans rekent voor: "Het hangt erg af van iemands inkomen.
Maar dat kan variëren. "Het is ongeveer een derde van het verzekerd bedrag
per jaar. Maar stel dat iemand voor 90.000 euro op jaarbasis verzekerd is, dan
zou die dus gedurende 16 weken een uitkering van 30.000 euro krijgen. En daar
de belasting over. Als iemand zo hoog verzekerd is, zal hij 52 procent
belasting betalen. Dan zal het om een belastingnadeel gaan van 15.000 euro voor
zo’n individueel geval."
Hermans
denkt dat er veel medisch specialisten en advocaten zijn die dat geld in ieder
geval over 2012 kunnen terugvragen.
Uiteraard
geldt wel, dat als er in de premie een apart deel is opgenomen voor de
zwangerschapsuitkering, dit deel van de premie niet aftrekbaar is. Echter, in
de meeste gevallen wordt er door verzekeraars geen splitsing aangebracht in
enerzijds premie voor aanspraken op periodieke uitkeringen en verstrekkingen
ter zake van invaliditeit, ziekte en ongeval (wet IB artikel 3.124 lid 1 c) en
anderzijds premie voor de zwangerschapsuitkering.